Imke van Dillen, stuwende kracht achter brugwachtershuisjesFoto Marc Bolsius KLEINE TEMPELTJES MET GROTE IMPACT Weeshuisjes. Alleen het woord al zou je zo willen omarmen. Imke van Dillen deed het met de leegstaande brugwachtershuisjes aan de Bossche Zuid-Willemsvaart. Ze ontfermde zich over de drie verweesde huisjes en gaf, samen met bewoners en creatieven, nieuw leven aan hun vergeten vierkante meters. “De rol van de brugwachter was nog niet uitgespeeld. Er was nog een periode nodig om de transitie naar het nieuwe te begeleiden.” Bouwrituelen noemt Imke ze: rituelen die je houvast geven in een overgangsperiode van een gebouw of een plek in de openbare ruimte. De oude functie vervalt, wat ervoor terugkomt is voor de omgeving nog ongewis. “Door het gebouw of de plek in de tussentijd collectief te omarmen en een tijdelijke rol te geven, krijgt de verandering draagvlak”, vertelt de directeur van Stichting Weeshuisjes. “Onderliggende gedachte van een bouwritueel is ook dat je waarde toevoegt aan de plek: je laat ‘m beter achter dan dat je ‘m aantrof. Mijn bouwrituelen kunnen jaren duren, zo lang als het nodig is. Een huis is ook niet in één dag gebouwd.” ‘De brugwachters hebben de huisjes gehoed als een soort herders’ Ruimte maken In 2008 en 2009 voerde Imke al een bouwritueel uit met het plein op de Parade, dat op de schop zou gaan. Om de architecten te inspireren, haalde ze met twintig vrijwilligers en een verhalenhuifkar zes maanden lang verhalen op. Die werden de inspiratie voor een film van Frank van Osch, een lied van Gerard van Maasakker en een van Hans Tervoort en zijn vader, een verhalenkandelaar, gedichten, schilderijen en een labyrint van Chartres. Tweeënhalf jaar lang sierde het labyrint het plein onder de rook van de Sint-Jan, tot de eerste schop daadwerkelijk de grond in ging. Het resultaat van Onze Paradeverhalen en Ons Labyrint was dat het mensen hielp om het oude plein los te laten en ruimte te maken voor het nieuwe. Laden met positiviteit Precies dat had Imke als social designer ook voor ogen met de lege brugwachtershuisjes. Ze had er direct iets mee. “De schaalgrootte, de behapbaarheid, de zelfredzaamheid; ik voelde een enorme potentie.” Sowieso heeft ze altijd iets met gebouwen gehad. “Ik kom uit een makelaarsnest en ben zelf projectontwikkelaar geweest. Aan een bouwwerk kun je voelen of het een fijne vibe heeft of iets akeligs. Ik weet ook dat je er iets mee kunt doen om een goede sfeer te creëren. Kijk maar naar de brugwachtershuisjes: door ze vijf jaar te laden met positiviteit, zijn ze weer gaan stralen. Ook door de voormalige brugwachters erbij te betrekken; die voelden zich echt gezien. En terecht, zij hebben de huisjes decennialang gehoed als een soort herders.” Verwaarloosd Imke ontdekte dat het publieke aan de brugwachtershuisjes maakte dat veel gebruikers van de bruggen ermee verbonden waren. Toen het Máximakanaal in 2014 in gebruik werd genomen, waren de huisjes overbodig. Omwonenden zagen hoe ze werden verwaarloosd en verpauperden. “Ze stonden er verlaten bij, als in ‘in de steek gelaten’, wat voor mij de eenzaamheid in de directe omgeving symboliseerde; veel mensen in de stad voelen zich eenzaam.” ‘Locaties in verandering zijn een bron van sentiment’ Imke greep Open Monumentendag aan om voor het bouwritueel vooronderzoek te doen. “Locaties in verandering zijn een bron van sentiment, dat proefde ik rondom de huisjes ook duidelijk. Er was nog geen afscheid genomen van hun oude rol, wat wel nodig was voor de overgang naar het nieuwe. Juist een bouwritueel zorgt voor meer draagvlak en sociale energie voor een nieuwe situatie. Én het doet recht aan alle sentimenten.” Toevluchtsoorden Op basis van haar verhaal, had de gemeente in 2016 het lef om de drie brugwachtershuisjes ter beschikking te stellen voor het overgangsritueel. De huisjes werden kleine tempeltjes met grote impact, waarin naar hartenlust getransformeerd kon worden door iedereen die dat wilde. Niet met kaarsjes en wierook, maar met passie en gemeenschapszin. Zo ontstonden nieuwe toevluchtsoorden voor denken, doen en ontmoeten. De sociale en culturele initiatieven varieerden in omvang en vorm: van Camping Koffietent, Gloor en Radio Brugwachter tot Sluismeester Krijn, Sluismeester Zijn en Weeslive. In vijf jaar tijd kregen zo’n zeshonderd mensen de sleutel van de huisjes, altijd vanuit vertrouwen. “Vertrouwen is de grondslag van waaruit ik werk”, zegt Imke. “Dan kom je ook bij het verlangen van mensen om hun eigen leefomgeving te verbeteren.” ‘Zo’n huisje is toch een soort minimaatschappij, waar van alles gebeurt’ Erfgoedgemeenschap De vele tientallen kleine en grotere initiatieven die gestalte kregen, hebben als gemene deler de verbinding met de plekken. Elk brugwachtershuisje bouwde zijn eigen erfgoedgemeenschap op, die altijd inclusief is. Imke: “De huisjes zijn ván de gemeenschap vóór de gemeenschap. Het logo van de stichting is de tweede letter van het Hebreeuwse alfabet en betekent: er is een huis voor jou. Dat betekent dat iedereen welkom is en iedereen er mag zijn, ook mensen die het moeilijk hebben. Dat heeft weleens tot wrijving geleid, ja. Bij de koffietent zaten op een bepaald moment steeds dezelfde gasten. Dat vroeg veel van de campingbazen en was voor anderen geen uitnodiging om ook naar binnen te gaan. Daar hebben we het dan over en daar leren we van. Zo’n huisje is toch een soort minimaatschappij, waar van alles gebeurt.” Afscheidsritueel In september 2021 kwam dan toch het moment van afscheid van twee van de drie brugwachtershuisjes. De sleuteloverdracht markeerde Imke met een afscheidsritueel, waarmee de twee huisjes via het water met elkaar werden verbonden. “Het was een van mijn mooiste bouwrituelen”, zegt ze zelf. Met een seinrite met tweehonderd vlaggen aan de omringende gevels werd met veertig dansers en muziek de band met het water – ‘onze geheime ader’ – bekrachtigd. “De cirkel was rond. Ons werk zat erop en de huisjes zijn nu klaar voor een nieuwe fase. Ik ben ervan overtuigd dat de stroom van het water in de Zuid-Willemsvaart ons heeft geholpen om de transitie te verwezenlijken.” Camping Koffietent blijft voorlopig bestaan. “Zolang we sociale waarde blijven genereren mogen we het blijven gebruiken”, aldus Imke. Geschreven door Brigitte de Swart www.swartopwit.nl
0 Opmerkingen
|